oponthoudschakelaar marklin wisselstroom

Hallo allen

Ik ben onbekend met electronica, echter ben in het bezit van een Marklin modelspoor HO.

Nu is het doel om een railbus een rondje te laten rijden, en in dit rondje 2 stations op te nemen waar de railbus automatisch langzamer gaat rijden, stoppen, weer gaat versnellen enzovoorts.

Ik vond op deze site een oponthoudschakelaar en las dat het werkte na aanpassing. https://www.circuitsonline.net/forum/file/1159

Ik heb deze schakeling naar beste weten geproduceerd. Ik krijg het geheel echter niet funktionerend. Wie heeft raad?

Het is gesoldeerd en aangesloten naar beste weten volgens onderstaand schema.

Hieronder de print van boven en onderen gefotografeerd.

Alvast bedankt

bprosman

Golden Member

naar beste weten volgens onderstaand schema.

Misschien een paar scherpe foto's van de boven en onderkant van de print ?

De jongere generatie loopt veel te vaak zijn PIC achterna.
Thevel

Golden Member

Je kunt de schakeling ook in stapjes testen.
Verbind D2 door, de trein MOET gaan rijden.
Maak de basis van T2 los en verbind de basis met een 22k weerstand met de collector van T2, ook nu moet de trein gaan rijden.

In ieder geval heb je de BD433 verkeerd aangesloten. Kijk naar de datasheet van de BD433 https://www.mouser.com/datasheet/2/149/BD433-90669.pdf hoe je hem wel moet aansluiten. De basisaansluiting is een van de twee buitenste draden van de BD433 en niet de middelste.

Misschien een domme opmerking. Maar er wordt op deze manier toch nooit een stroomkring gesloten? Immers de beide draden zijn om aan centrale stroomvoerende rail en de gesepareerde sectie aan te sluiten.

Dat klopt. De middelste sectie wordt mbv de locomotief verbonden aan de onderste rail. De stroom loopt dus van de transformator naar de buitenste sectie, vandaar naar je electronische schakeling, dan naar de binnenste sectie en dan door je locomotief naar de onderste rail en via die rail terug naar je transformator.

Ik dacht dat transistoren volgens bijgaande foto gepoold waren.
Op deze wijze heb ik ze (naar beste weten) gemonteerd.

Dat geldt wel voor de kleine transistoren maar niet voor de grote zware BD433.
Dat is:

code:


   +-------+
   |       |
   |   0   |
   |       |
   |       |
   +-+-+-+-+
     | | |
     | | |
     1 3 2

Zie eerder geposte datasheet voor een betere tekening.

Zoals ik begrijp is dit de polariteit van BD433.

En ga ik deze zo plaatsen in het schema.

RAAF12

Golden Member

Mocht het niet werken dan zou na de verkeerde aansluiting de Darlington BC517 overleden kunnen zijn. Dat is een gevoelig type. Leuk hoor, Märklin treinen, heb je heel toevallig ook nog een fotoke van het emplacement?

Lambiek

Special Member

Op 17 december 2019 12:21:44 schreef wilfredo:
Zoals ik begrijp is dit de polariteit van BD433.
[bijlage]
En ga ik deze zo plaatsen in het schema.

Ik ben bang dat er iets fout gaat als je het zo doet.

Hou dit maar aan.

Die andere klopt trouwens ook niet. Gewoon even de desbetreffende datasheet erbij pakken.

https://www.mouser.com/datasheet/2/149/BD433-90669.pdf

https://www.mouser.com/datasheet/2/149/BC517-888613.pdf

Als je haar maar goed zit, GROETEN LAMBIEK.

Lambiek, het aansluitschema van wilfredo is hetzelfde. Hij heeft alleen de nummertjes anders geplaatst.

Lambiek

Special Member

Daarom zet ik de nummers ook goed neer, als je al niets van elektronica weet, "zoals de TS zelf zegt" dan moet je zeker niet zo beginnen. :) Als je al fout begint, wordt het niets. Dat zou jij toch moeten weten. :)

Als je haar maar goed zit, GROETEN LAMBIEK.

Wat heet fout. Wilfredo telt rond in het schemasymbool, jij telt van links naar rechts bij het fysieke ding. Als die twee tellingen overeenkomen is er toch niks mis?

Frederick E. Terman

Honourable Member

Ik zou trouwens gewoon de letters bij de pootjes zetten. Tenslotte is die nummering ook niet gestandaardiseerd, zodat je voor de TO126 ook dit tegenkomt (pas op, het onderstaande is hier fout):

(NIET de BD433)

Keramisch, kalibratie, parasitair: woordenlijst.org
Lambiek

Special Member

Op 17 december 2019 13:24:43 schreef KlaasZ:
...., jij telt van links naar rechts bij het fysieke ding.

En jij leest niet van links naar rechts?

Ik houd gewoon de standaard telling aan, net als bij IC's.

Als je haar maar goed zit, GROETEN LAMBIEK.

Op 17 december 2019 12:36:25 schreef RAAF12:
Leuk hoor, Märklin treinen, heb je heel toevallig ook nog een fotootke van het emplacement?

Nog niet, is een proef.

Arco

Special Member

Transistoren met een tab is vaak nog lastiger, die zijn soms 1,2,3 en 4 genummerd... ;)

Arco - "Simplicity is a prerequisite for reliability" - hard-, firm-, en software ontwikkeling: www.arcovox.com
RAAF12

Golden Member

Op 17 december 2019 13:59:26 schreef Arco:
Transistoren met een tab is vaak nog lastiger, die zijn soms 1,2,3 en 4 genummerd... ;)

Yep of met een gekleurde dot zoals de AF114... een draadje zit aan het metalen huis.

Het lijkt nu te funktioneren, dank aan allen.
Echter snap ik niet hoe het werkt. Kan iemand de werking in Jip en Janneke taal uitleggen van elk komponent?

[Bericht gewijzigd door wilfredo op dinsdag 17 december 2019 16:42:42 (55%)

Het funktioneert in grove lijn.
De tijdsinstelling gaat helemaal goed.
Echter wil ik de railbus normaliter niet op een hoge snelheid rond hebben rijden. Op dit moment ervaar ik dat als de transformator verder opengedraaid wordt voor meer snelheid, het geheel iets beter fnktioneert. Op de gewenste snelheid is de versnelling nihil, de railbus komt erg langzaam vooruit in de sectie en versneld ook niet, totdat hij uit de sectie komt en direct de nominaal ingestelde snelheid aanneemt. Als de trafo op maximaal staat dan gaat de versnelling redelijk constant.

Wat is, of zou een reden hiervoor kunnen zijn?

Op 17 december 2019 16:31:58 schreef wilfredo:
Het lijkt nu te funktioneren, dank aan allen.
Echter snap ik niet hoe het werkt. Kan iemand de werking in Jip en Janneke taal uitleggen van elk komponent?

Het is mooi dat het werkt.
De werking is ongeveer als volgt:
We nemen aan dat er geen locomotief op middelste sectie aanwezig is en dat de condensatoren van je schakeling niet geladen zijn.
We nemen ook aan dat potentiometer P2 in het midden staat en dat P1 op 100kΩ staat.
Nu komt de locomotief op de middelste sectie.
De condensatoren C1 en C2 worden nu opgeladen via de locomotief.
Transistor T1 en transistor T2 worden opengestuurd.
De stroom door condensator C2 wordt eerlijk gedeeld. De helft loopt via T1 naar de min en de andere helft loopt via T2 en T3 naar de min. T3 wordt opengestuurd en de locomotief krijgt de volle spanning aangeboden.
De condensator C2 wordt opgeladen en daardoor blijft er steeds minder spanning voor de locomotief over. De locomotief gaat steeds langzamer rijden. Als de condensator C2 helemaal opgeladen is is er helemaal geen spanning meer voor de locomotief en deze komt tot stilstand. De capaciteit van C2 is veel kleiner dan de capaciteit van C1. Het duurt dus veel langer dat C1 opgeladen is. Transistor T1 blijft dus veel langer geleiden dan transistor T2 (en transistor T3). Op enig moment gaat transistor T1 langzaam over van geleiden naar sperren. Dit is op het moment dat C1 vrijwel geheel opgeladen is. Als transistor T1 spert, dan gaat er een stroom lopen via R2 naar P2 en door P2 naar de basis van T2 en T3. De transistoren T2 en T3 worden weer opengestuurd en de locomotief gaat weer rijden. Door de condensator C2 loopt de spanning op de basis van T2 langzaam op en de locomotief zal daardoor langzaam optrekken.
T4 met R3 en R4 verzorgen de kortsluitbeveiliging.
T4 meet de spanning over R3. Als deze spanning hoger wil worden dan 0,6V dan wordt T4 opengestuurd en T4 trekt dan de basisspanning van T2 naar beneden. De maximale stroom door T3 is dus 0,6V/0,22Ω = 2,7A

Op 17 december 2019 18:14:15 schreef wilfredo:
...
Wat is, of zou een reden hiervoor kunnen zijn?

Hoogst waarschijnlijk is de schakeling ontworpen voor een hogere spanning dan jouw gewenste spanning. Ik weet niet hoe soepel je trein optrekt als je de transformator van lage spanning naar hoge spanning opregelt. Blijft de trein lang stilstaan en begint hij plotseling te rijden, dan kan deze regelaar het op dat punt niet verbeteren. Deze regelaar heeft ook een dood stuk spanningsgebied. Dit gebied wordt gevormd door de minimum doorlaatspanning van de diodebrug en de basis-emittorspanningen van de transistoren T2 en T3.
Bij elkaar opgeteld is dit 5x0,6V = 3V
Bij lage spanning (= lage snelheid) ga je dat wel merken.
Ik heb geen oplossing om deze schakeling te verbeteren.
Je zou kunnen proberen om C3 te vergroten naar 1000µF en kijken of het beter werkt.

Ik begrijp dat als de trafo op een lage waarde ingesteld is dit de versnelling niet ten goede komt (dit ervaar ik ook praktisch).
Feit is dat de railbus niet een voertuig is, dat snel dient te rijden.
Kan ik niet iets tussen het nominale traject en de trafo monteren waarbij de railbus de gewenste snelheid rijdt en de trafo geheel of ver genoeg open staat om de regeling goed te regelen?
Immers op dit traject komt alleen de railbus te rijden. Als deze railbus een constante gewenste snelheid op het nominale traject heeft en soepel vertraagd en optrekt en telkens een gewenste pauze per station heeft, dan ben ik erg tevreden.

Moet ik dan een 2e trafo aansluiten? Of een weerstand oid inbouwen?

De trafo heeft ook een gele bus aansluiting, kan ik hier de regeling op aansluiten? maw is het dan net alsof ok de trafo maximaal ingesteld heb?

Klopt het dat je een Märklin transformator type 6740 hebt?
Dan kan je de gele bus gebruiken.
Je moet het dan als volgt schakelen:

code:



      O Rode bus              O Gele bus
      |                       |
      |                 elektronische
      |                oponthoudschakelaar
      |                       |
      |                       |
 -----+----------------| |----+----| |---------

 -----+----------------------------------------
      |
      |
      O Zwarte bus

Dit zou moeten werken.
Op het moment dat de railbus het stationstraject in- of uitrijdt is er een kortsluiting tussen het stationstraject en nominale traject.
Van de electronische oponthoudschakelaar grijpt op dat moment de kortsluitbeveiliging in.
Er is helaas een zwak puntje in de kortsluitbeveiliging. De potentiometer P2 mag niet in de uiterste stand staan. Wil je dat wel dan moet je een extra weerstand van 1kΩ monteren tussen lip B van de potentiometer P2 en het knooppunt van de collector van transistor T4 en basis van transistor T2. De basis van T2 blijft met de collector van T4 verbonden.

Ik heb alles aangesloten als schema met gele bus. Hierbij is P2 op half gezet. Na enige tijd begon de boel te ruiken en werd T2 gloeiend heet en produceerde rook. Hierna alles teruggemonteerd als origineel. De railbus ging op de sectie wel langzamer maar stopte niet meer. T2 zal wel overleden zijn, maar verwachten we meer lijkjes?

Alvast bedankt