Uit de datasheet van een willekeurige Gaasfet:
De grafiek gaat niet verder omlaag dan 200MHz. Dat betekend niet dat hij daar stopt met werken uiteraard. Ze hebben gewoon niet lager gemeten. Je kunt de lijn extrapoleren naar beneden, naar 100 MHz en dan kom je op een gain van 17,8 dB ofzo. De hoogste gain zit bij 800 MHz en is ongeveer 3 dB meer als bij 100MHz. Het ding doet dus gewoon die 100MHz hoor en 50 MHz zal hij ook heus wel doen. Waarschijnlijk wat minder goed. Zo'n gain kromme is nu eenmaal een beetje een slingerlijntje. Zoals gezegd kun je die lijn ook gewoon zelf gaan meten en de lijn naar onder aanvullen. Als je naar boven wilt aanvullen zul je wel tegen een grens aanlopen waarbij de transistor er mee ophoud. De versterking zal ook steeds minder worden bij hogere frequenties omdat de interne capaciteiten een steeds grotere nadelige rol gaan spelen.
Waarom ze niet altijd gaasfets gebruiken dan? In ieder geval vroeger waren gaasfets duur en door hun statische gevoeligheid erg lastig om toe te passen. Een gewone bipolaire transistor doet het op lagere frequenties ook prima en is/was veel goedkoper en makkelijker om toe te passen. Gaasfets zijn juist bedacht voor de hogere frequenties omdat dat met de bipolaire transistor niet of veel lastiger kan.