kWeet niet in welke sectie dit verhaal het best thuishoort, maar ik denk toch hier omdat de kern van de zaak gelegen is in een HF-oscillator. Eigenlijk een AM-zender.
kBen bezig met het bouwen van een plasmatweeter (ofwel ionofoon) op basis van dit schema. Er staat nu een proefopstelling in een geaarde kooi van faraday zonder het audiodeel (dus alles rondom de BF869 is weggelaten). Doel van de opstelling is vooreerst om het plasmavlammetje te krijgen. Verder informatie heb ik verkregen van bijvoorbeeld dit forum. Daaruit is mij al vrij snel duidelijk geworden welke onderdelen wel en niet kritisch zijn in de schakeling.
De voeding van de opstelling wordt verkregen door gebruik te maken van de netspanning en de spanning te verdubbelen door tweemaal enkelzijdig enkelfazig gelijk te richten zodat er +300V en -300V ontstaat over twee forse elco's. De +300V is dan de +600V ten opzichte van de -300V die hier als massa wordt gebruikt. Het midden van de voeding wordt dan gebruikt als +300 voor de BU208, die de spanning op het schermrooster regelt. De +600 is middels 10nF aan massa gelegd.
De gloeidraad wordt gevoed mbv een ringkerntrafo van 32V + 8V erbijgewikkeld. 15nF over de gloeidraad heen, ivm ontstoring.
De smoorspoel is een 100uH 1A van C****d, die door diverse bouwers is aangeraden. De spoel tussen het vlammetje en de anode is 20 windingen met installatiedraad, doorsnee ca 7 cm, lengte ca 15 cm. De hieruit resulterende zelfinductie moet aardig overeenkomen met de getoonde spoeltjes. De Q van de spoel zou vrij hoog moeten zijn, aangezien de draaddoorsnee 2,5mm2 is.
Voordat ik ben gaan testen heb ik de schakeling opgebouwd zonder de buis en heb overal de gelijkspanningen en wisselspanningen (voor zover aanwezig van het net) gemeten en in orde bevonden. Daarna de buis eringezet, kooi er overheen en aangezet. De buis gloeide en na omhoogdraaien van de potmeter gloeide de anode, hetgeen overeenstemt met bevindingen van anderen als de oscillator niet aanslaat. Om de oscillator aan te laten slaan heb ik mbv meetpen de c en e van BU208 kortgesloten, waarop doorslag ontstond vanuit de teslaspoel naar het eronder liggende gaas (doorslag door isolatie v installatiedraad en twee vuilniszakken) hetgeen er mi op wijst dat de spanning opgeslingerd is geweest tot minimaal enkele kV. Bij een volgende testopstelling heb ik de spoel op een omgekeerde ovenschaal gelegd, evenals de buis en andere delen waarop hoge spanningen zouden komen. Bij het kortsluiten van de CE van de tor zag ik blauwe flitsen in de buis. Hoe dan ook, het plasmavlammetje kwam niet.
Na de test nagegaan of er onderdelen heet waren geworden. Dit gold alleen voor de buis, hetgeen overeenstemt met bevindingen van anderen.
Theoretisch is mij ook nog steeds niet helemaal duidelijk hoe een en ander nu precies functioneert. Op het duitse forum dat ik hierboven heb aangehaald staat veel uitleg, maar het oscillatieprincipe is me nog steeds niet helder. Wel is me duidelijk dat de plasmawolk beschouwd moet worden als een geleider en dat de as van de spoel niet hoeft samen te vallen met de elektrode van de plasmawolk, zoals diverse foto's op het forum ook laten zien. Sommigen noemen de oscillator een TPTG, echter, mij is onduidelijk waar het inductieve element achter het roorster zit. Mij lijkt het meer een Collpits op basis van de parasitaire capaciteiten van de buis, maar geheel duidelijk is het niet. Ook de gelijkspanningsinstelling van het stuurrooster begrijp ik niet. Mijn interpretatie is dat het stuurrooster zich ten opzichte van de kathode als diode gedraagt waardoor met de 10nF een ladingspomp ontstaat die het stuurrooster op een negatieve voorspanning brengt, maar zeker ben ik niet. Ook het vermogen door de 39k is me een raadsel, heb voor de zekerheid maar 10W genomen. Ook kom ik er niet uit hoe nu de hoogfrequente wisselspanning nu precies rond gaat. Gaat die door de 39k of door het stuurrooster?
Een heel verhaal, maar ik hoop dat er een buizenexpert is die mij een beetje uit de brand kan helpen.