Je lijkt heel wat te missen, als ik je goed lees.
De transistor die ik nu wil vervangen moet de stroom beperken.
Nee, de twee transistors waar je mee in de knoop ligt die regelen of beperken de stroom niet, ze schakelen. Het is ofwel "alles geven" ofwel "no paseran" "Beperken" verwijst naar een "zachte" instelling met een beetje stroom en een beetje spanning; daarvan is hier echter geen sprake. De transistors, of mosfets, of wat dan ook, staan helemaal open of helemaal dicht. Dat is trouwens ook veruit te verkiezen, anders gaan ze veel te veel vermogen opnemen en dus warm worden, wellicht warmer dan ze zelf verdragen.
Aan nogal wat beginners moet het belang van de wet van Ohm uitgelegd worden - jij lijkt in het omgekeerde geval: de wet van ohm heeft hier niets verloren, voor deze ene keer.
Zolang je het basisprincipe niet door hebt, kun je je beter niet verdiepen in details zoals "mosfet vs. bipolaire transistor". Het basisprincipe is dat je een trafo wilt aansturen "in balans" ttz je geeft voeding aan de centertap, de ene helft van de tijd trek je de ene aansluiting naar massa, de andere helft van de tijd de andere aansluiting. Hoeveel stroom er dan gaat vloeien heeft niets (edit: nuja, niet echt niets, maar toch maar heel weinig) te maken met de toegepaste schakelaar, maar alles met de voeding en met de eigenschappen van de primaire wikkeling. En ook wel een beetje met de belasting, en met de schakelfrequentie.