Op 10 oktober 2022 19:49:59 schreef Fantomaz:
Hi guys,
Onderstaand een Multiple Choice vraag die fout werd gerekend.
Ik kan er niet bij waarom...
Een stroom zal eerst relatief langzaam opbouwen tot deze zich als een kortsluiting gaat gedragen, waardoor de stroom omhoog gaat.
Dat zou zo zijn, moest er geen weerstand in serie staan.
Supersimpel gesteld:
Fig1 kan niet, want de stroom zou dan onbeperkt steeds lineair toenemen in de tijd en de weerstand verhindert dat. Hier is maar het relevante deel van de curve getekend., de tijd loopt immers steeds door
fig2 kan ook niet, ook daar blijft de stroom maar toenemen. En nog sneller dan in fig1
fig3 is de juiste. Naarmate de stroom toeneemt, wordt de spanning over de weerstand steeds hoger (u=IxR). Daardoor wordt de stroomtoename afgeremd en naarmate de tijd vordert steeds trager en vlakt de curve af.. Omdat een spoel niet de stroom maar de stroomverandering tegenwerkt, en die verandering door de weerstand steeds kleiner wordt in de tijd,
komt na enige tijd, bijna alle spanning over de weerstand te staan en wordt de stroom constant..
Hoelang dat duurt hangt af van de verhouding van de spoel en de weerstand.
(t= 5xR/L.)is een praktische benadering. In theorie duurt het oneindig lang voor het evenwicht bereikt is, maar dat is in de praktijk verwaarloosbaar.
fig 4 is ook fout,want hier neemt de stroom af tot nul. Wat niet kan. Als voorbeeld neem ik een gelijkstroomrelais. Denk daar eens over na.
In de praktijk zag ik wel eens dat men zware elektrische apparatuur via een haspel aansloot zodat de inschakelstroom iets getemperd werd zodat de automaat er niet uit knalde.
Doet niet terzake. Bij een opgerolde kabel is de stroom in beide draden tegengesteld en werken de magnetische velden elkaar tegen zodat het resultaat nul is.
Deze methode werkt enkel door de ohmse weerstand van de kabel. Een praktijk die niet zonder risico is,
want een opgerolde en sterk belaste haspel kan zn warmte niet goed kwijt.