Die handleiding lijkt geschreven door iemand die niet veel met een labvoeding gewerkt heeft...
'Connect a load that allows the device to operate normally' of iets in die strekking doet zelfs een beetje zeer. Maar ze zullen wel bedoelen dat je de spanning en de stroombegrenzing moet instellen op de wensen van je load, maar daarbij binnen de specificaties van de labvoeding moet blijven. Niet dat je je load moet weggooien en een nieuwe kopen omdat de voeding nu eenmaal kieskeurig is. Een goeie labvoeding houd zichzelf trouwens heel / dwingt af dat je binnen de specificaties blijft (met een inductieve last krijg je 'm misschien alsnog stuk, maar het zou moeite moeten kosten)
Anyway. Normaal gesproken stel je de voeding in, met de 'LOAD' nog niet aangesloten.. Die sluit je na het instellen aan. Je kunt uiteraard ook met aangesloten load de instelling wijzingen, maar daarbij moet je uitkijken dat je de spanning niet te hoog laat worden. Als je bv bij verschillende ingangsspanningen wilt weten hoeveel stroom een SMPS opneemt ofzo zul je die heus niet steeds loskoppelen. Maar als ‘ie maximaal 25V mag hebben en je voeding gaat tot 60, moet je ‘m niet boven de 25 draaien. En je kunt pas zien waar ‘ie staat als de voeding aan staat.
Constant Voltage:
Je stelt de spanning in die je wilt hebben. Je zet de stroombegrenzing net iets boven de stroom die je verwacht nodig te hebben, maar niet teveel.
Zat je te laag, kun je de instelling altijd nog wijzigen.
Maar check wel eerst of er niet een fout in je schakeling zit waardoor er iets teveel stroom trekt en te warm wordt. Want de stroombegrenzing is juist precies bedoeld om in die gevallen de stroom te begrenzen (en te helpen voorkomen dat dingen te heet worden en de magische rook die de onderdeeltjes doet werken enthousiast naar buiten komt waarna het onderdeel niet meer werkt.)
Als je de ingestelde stroom alleen kunt aflezen door de afgenomen stroom te meten, draai je eerst de spanning naar nul. Met de spanning op nul kun je de voeding kortsluiten. Daarna draai je de spanning een beetje open zodat je de stroom kunt regelen met de stroombegrenzing. (Het CC ledje is dan aan).
Constant Current:
Stel de gewenste stroom in (Zo nodig met de voeding kortgesloten zoals hierboven omschreven: spanning eerst op nul als je geen vonkjes op je connectors wilt, dat houdt ze mooi en heel). Met niks aangesloten (dus niet meer kortgesloten) stel je vervolgens de spanning in die je verwacht nodig te hebben. Dat hoeft dus niet maximaal open te zijn! Beter van niet zelfs. Als je een accu laadt in CC/CV stel je hier dus de maximale laadspanning in.
Altijd:
Aan de CC led kun je zien of de voeding op dat moment de stroom aan het begrenzen is tot de ingestelde waarde. De CV led is dan uit en de CC led aan. In feite kun je dus 1 van beide LED's weglaten, want ze branden in principe nooit tegelijk. Als ze wel tegelijk lijken te branden, staat er iets te oscilleren.
Omdat je blijkbaar een 'course' en een 'fine' regeling hebt, zet je de 'fine' knop ergens in het midden en mik je met 'course' op de gewenste waarde waarna je met 'fine' kunt bijregelen.
Daar waar bovenstaande afwijkt van de handleiding, ben je uiteraard zelf aansprakelijk als je van de handleiding afwijkt, maar IMHO is bovenstaande hoe je een labvoeding gebruikt. Daar waar de handleiding beweert dat je de stroombegrenzing VOL open draait durf ik zelfs te beweren dat de handleiding fout is. (Waar heb je een stroombegrenzing voor als je ‘m niets laat begrenzen?)
Met LEDS speelt trouwens ook nog dat de voeding een uitgangscapaciteit heeft. Dus als je LEDS test kun je het beste de gewenste stroom instellen, dan de spanning op nul draaien, daarna de LED aansluiten en dan de spanning opdraaien tot de gewenste stroom loopt, begrenst door de stroombegrenzing die je in de eerste stap hebt ingesteld. Want als die uitgangscapaciteit geladen is zal die zich ontladen door de LED voordat de stroombegrenzing de stroom kan begrenzen.
Een klein indicatorledje kan dat mogelijk niet hebben. Een vermogensled is wat robuuster maar kent uiteraard ook grenzen. En ook al heb je de stroombegrenzing netjes ingesteld op of onder de nominale stroom die de LED mag hebben (nominal forward current), als bij het aansluiten de uitgangscapaciteit van je voeding zich door de LED ontlaad is de stroom hoger (en eigenlijk onbekend hoe hoog. Je kunt het meten). Dan zou die piekstroom onder de ‘surge forward current’ moeten blijven, maar omdat je ‘m niet kunt instellen kan ‘ie hoger zijn en dan kost die meting je dus een LED.