schema uitleggen

Op 21 juni 2006 22:11:44 schreef Frederick E. Terman:
[...]R47 is om te beginnen fout. Kijk maar na.

Voor het ingangssignaal zijn er twee mogelijkheden; plus of min.
-Het is plus: wat komt er uit de 1e opamp? Welke diode geleidt er? Wat komt er samen op de tweede? Wat komt er dan uit?
-Het is min: dezelfde vragen.

-De 2e opamp is niet echt een integrator.
-Wat is de versterking bij gelijkspanning? Niet oneindig, zoals bij een echte integrator, maar ... (hier invullen)

Die R47 is echt niet fout (wellicht voor reumers toepassing wel) Het is maar net wat je wilt.

Heb je gezien wat er gebeurd met de aangegeven waarde (fout of niet)?

Nie enkel die school..boekvoorbeelden instuderen.

Op 22 juni 2006 15:59:49 schreef Frederick E. Terman:
Als er drie volt uit C komt, is het originele signaal dus plus, en natuurlij ook 3V! Uit C komt dan dus -3 V.

Als het originele signaal -3 V is, komt er uit C niets.

Doe nu nog eens, voor deze twee gevallen afzonderlijk, de versterkingen en de optelling. Vergeet het minteken in de versterking van D niet.

Nou dan zeg ik het maar voor, anders duurt het te lang

Origineel 3V, uit C -3V
-1 x Orgineel - 2x uitgang C = -3 - 2x -3 = -3 + 6 = 3

Origineel -3V, uit C niets (0)
-1 x Origineel - 2x uitgang C = +3 -2x 0 = 3 + 0 = 3

Voila, wat het teken aan de ingang ook is, dezelfde spanning, maar dan altijd positief, verschijnt aan de uitgang.

@Belleblaas: als je voor R47 een andere waarde neemt, klopt bovenstaande berekening niet meer en worden de helften niet gelijk behandeld.

Nu C20 nog: de versterking wordt nu heel laag, bijna nul, voor de hogere frequenties. Maar voor gelijkspanning blijft het bovenstaande opgaan.
Je meet dan dus de gemiddelde spanning van de gelijkgerichte helften.

Als de TOP-panning van een halve sinus 1 V is, dan is de GEMIDDELDE spanning 2/pi V ofwel ongeveer 0,637 V.
De factor gemiddelde/piek is dus voor een sinus 0,637.
Voor andere golfvormen (blok, driehoek, puls, ruis...) zijn de factoren weer anders.