Hallo circuitsonliners, hier heb ik de uitleg van de zender geschreven van een infraroodlichtsluis. Maar nu was de vraag of iemand dit is zou kunnen na lezen om zeker te zijn dat ik geen fout hem gemaakt bij het uitleggen van de astabiele multivibrator. Jullie zijn alvast bedankt voor hier op te reageren.
SK1/SK2 is de voeding, de schakeling sluit je ofwel een via een 9 Volt batterij (SK2) of via een 9 Volt adapter (SK1). De diode D1 is een ompoolbeveiliging en SW1 is een schakelaar voor de schakeling aan of uit te schakelen. Na de schakelaar volgt een astabiele multivibrator met transistoren, die ik hieronder zal bespreken.
Voor de schakelaar SW1 wordt geschakeld zullen de condensatoren C1 en C2 ontladen zijn. De condensator C1 zal zich opladen via weerstand R1 en diode UBE van transistor T2. De condensator C2 zal zich via de weertand R4 en diode UBE van transistor T1 opladen. Transistor T1 en T2 zijn niet identiek, maar toch dragen ze dezelfde nummer, dit wil zeggen dat ze niet tegelijkertijd in geleiding gaan.
We stellen nu dat transistor T1 het eerste dicht schakelt (UBE = 0,7 Volt en UCE = 0,2 Volt). Dan komt de positieve kant van C1 aan de massa te liggen zodat we kunnen stellen dat deze over de waarde dat de condensator C1 opgeladen is, zal stijgen hierdoor kom de basis van transistor T2 sterk negatief en spert deze. De condensator C1 zal nu kunnen ontladen via T1 en de voeding, want de inwendige weerstand is zeer klein en via R2. Als de condensator 0 Volt bedraagt, zal deze zich terug op laden via weerstand R2 tot UBE van transistor T2, 0,7 Volt bedraagt en deze in geleiding gaat. Ondertussen is de condensator C2 volledig opgeladen en komt deze nu met zijn positieve klem aan de massa en zal de basis van transistor T1 sterk negatief worden en deze zal dan gaan sperren.
Nu zal transistor T2 dicht schakelen (UBE = 0,7 Volt en UCE = 0,2 Volt) De negatieve klem van de voeding zal stijgen door de positieve klem van de condensator C2. De condensator C2 zal ontladen via de voeding, want de inwendige weerstand is klein en via R3. Als de condensatorspanning 0 Volt bedraagt, zal deze zich terug opladen via weerstand R3 tot UBE van transistor T1; 0,7 Volt bedraagt en deze in geleiding kan gaan. Ondertussen is transistor T2 dicht geschakeld en heeft de condensator C1 zich volledig kunnen opladen. Nu kan alles vanaf vooraan herbeginnen.
Door het constant afwisselend open en dicht schakelen van de transitoren T1 en T2 zal transistor T3 telkens open en dicht schakelen, zo zullen de leds LD1 en LD 2 beginnen te knipperen. Het knipperen van deze leds zal niet zichtbaar zijn omdat deze infrarood-leds zijn. De frequentie waarop de leds werken zijn eenvoudig te bereken via een formule, namelijk:
Basisweerstand x Condensator x 0,693 = 100k x 1,5x10-9 x 0,693 = 1,04x10-4
Dit vermenigvuldigen we met twee, omdat het twee identieke weerstanden en condensatoren zijn, en vervolgens één op de periode:
1,04x10-4 x 2 = 2,079 x10-4 = 1/2.079x10-4 = 4810,00481 = 4810Hz = 4,8kHz
Dus uit de berekeningen blijkt dat de leds werken op een frequentie van 4,8kHz.