Niet alle zendontvangers die zijn ingezet op een locatie moeten met alle anderen kunnen communiceren.
De taken zijn verdeeld, en daarmee ook de frequenties en modulatiesystemen.
Alleen de hoofdcommandopost moet met iedereen (maar meestal alleen via de commandant van een eenheid) kunnen communiceren.
De WS19 communiceert dus met andere WS19's en de BC604 communiceert op zijn beurt weer met andere BC604's.
De zendontvangers hebben elk een andere taak.
Edit:
Bij een grootschalige inzet wordt ook altijd een verbindingsschema gemaakt; wie kan met wie praten.
Het is bijvoorbeeld niet nodig dat alle manschappen de conversatie tussen de algemeen commandant en de onderdeelscommandanten meeluisteren, of dat de algemeen commandant alle gesprekken hoort die er "in het veld" worden gevoerd.
Een verbindingsschema zou eruit kunnen zien als op het plaatje.
Het moet ook weer niet te ingewikkeld worden.
Ik heb een keer bij een grootschalige inzet gezien dat iemand met 6 portofoons om zijn nek liep.
En iedereen zich maar afvragen waarom het zo lang duurde voordat de man antwoord gaf... Hij wist niet uit welke portofoon hij werd opgeroepen, dus drukte hij een voor een maar alle zendtoetsen in.